“Ik houd van hem, die vrij van geest en vrij van hart is: aldus is zijn hoofd slechts het ingewand van zijn hart; zijn hart echter drijft hem tot ondergang.”

Friedrich Nietzsche

Explore This Quote Further

Quote by Friedrich Nietzsche: “Ik houd van hem, die vrij van geest en vrij van … - Image 1

Similar quotes

“Van wat een kind leest, onthoudt het maar een deel. Maar dat onthoudt hij ook zo goed, dat het zijn verdere leven met hem meereist, in zijn hart en in zijn bloed, het wordt een stuk van hemzelf.”


“Staat noem ik dat, waar allen gifdrinkers zijn, goeden en slechten, Staat, waar allen zichzelf verliezen, goeden en slechten. Staat, waar de langzame zelfmoord van allen 'het leven' heet.”


“...en ik hou van jou geloof ik en ik weet het trouwens zeker maar wat ben ik blij dat jij al een beminde hebt want alles is hier al en ik hou zo van verlangen en ik hou zo van alleen zijn en ik hou zo van het denken dat het zou kunnen als het kon”


“Terwijl hij wachtte tot het trillen minder werd - terwijl hij machteloos keek naar de rukkerige, maaiende bewegingen, alsof hij in een kinderkamer vol krijsende, zich misdragende peuters zat en zijn stem kwijt was en ze niet tot bedaren kon brengen - vermaakte Alfred zich ermee zich voor te stellen dat hij zijn hand afhakte met een bijl: dat hij het ongehoorzame lichaamsdeel duidelijk maakte hoe vreselijk boos hij erop was, hoe weinig hij ervan hield als het hem niet wilde gehoorzamen. Het leidde tot een soort extase als hij zich voorstelde hoe het blad van de bijl de eerste keer in het bot en de spieren van zijn ergerlijke pols hakte; maar tegelijk met de extase, ermee samengaand, was er een neiging om te wenen om die hand die van hem was, waar hij van hield en die hij het beste toewenste, die hij zijn hele leven al kende.61”


“Toen ging hij slapen, met zijn hoofd op de woorden waar hij het meest van hield: warm, alles, altijd, ik.”


“Ergens ter wereld bestaan nog volken en kudden, doch niet bij ons, mijne broeders: hier vindt men staten.Staat? Wat is dat? Wellaan! Zet nu de oren open, want thans zeg ik u mijn woord over de dood der volken. Staat beduidt het koudste van alle monsters. Koud is ook zijn leugen; en deze leugen kruipt hem uit de mond: 'Ik, de staat, ben het volk.”