“Vanmiddag kwam je brief en ik was er zó blij mee. Als je altijd zo was als in deze brief. Het leek weer net als vroeger en ik was ineens weer zo verliefd op je. Ik denk dat ik maar blijf totdat ik weer terug ben. 't Is een erg prettig gevoel. Mijn eenzame bed begint hoe langer hoe eenzamer te lijken en ik verlang ernaar om uit te vinden of je zoenen dezelfde herinneringen op zullen roepen als deze brief.Ik verlang nog net als vroeger naar een geluk dat langer duurt dan een omhelzing. En ik weet niet of het bestaat, net als vijf jaar geleden. Ik heb vanavond het gevoel alsof je niet bestaat.Wat ik je had willen schrijven staat nergens in mijn brief.”

Jan Wolkers

Explore This Quote Further

Quote by Jan Wolkers: “Vanmiddag kwam je brief en ik was er zó blij mee… - Image 1

Similar quotes

“Kom naar beneden!’Ik kwam naar beneden, en toen ik weer op de grond stond, gaf mijn moeder me twee klappen in mijn gezicht.Wat zijn dat voor spelletjes?’Ik wilde de Wildernis zien.’Er is daar niets. Dat weet je.’Als er niets is, kan het ook geen kwaad.’Niets is het gevaarlijkste dat er is.’Waarom?’Als er niets is, kun je iets bedenken. Je zult de leegte niet kun¬nen verdragen. Het zal evengoed leeg zijn, maar je zult jezelf wijsmaken dat dat niet zo is.’Wat ik mezelf wijsmaak is waar.’Wat jij jezelf wijsmaakt is een verhaal.’Dit is een verhaal: jij, ik, het schroothuis, de schat.’Dit is het echte leven.’Hoe weet je dat?’Niemand zou er ooit voor betalen om ernaar te kijken.’Ze draaide zich om om het haveloze huis weer binnen te gaan. Toen draaide ze zich weer om naar mij.En ik zou er alles voor over hebben om het niet te hoeven le¬ven.’Je moet het niet leven. Je moet het veranderen.' 'Je begrijpt het niet, hè?’Wat begrijp ik niet?’Dit is het echte leven.”


“...dan gebeurt eindelijk wat je het hele boek door al voelde aankomen en wat met dat ene zinnetje waar meteen het hoofdstuk mee eindigde, duidelijk werd gemaakt: 'Hij dwong haar met zijn knieen.' En in het vervolg als ik in bed aan Rietje Tulp dacht, dan zei ik hees: 'Hij dwong haar met zijn knieen.' En dan lag ik met mijn knieen te wrikken en wild te stoten in het matras, maar ik wist eigenlijk niet goed hoe dat ging, iemand dwingen met je knieen. Mijn vader vroeg in die waarom ik zoveel zakdoeken in de dakgoot gooide, en mijn moeder wilde er nog iets bijvoegen maar bleef halverwege steken.”


“Weet ik,' zei Nell. 'Dat maakt het juist zo moeilijk. Als je iemand kunt aankijken en zeggen: "Ik heb nooit van je gehouden, je was een vergissing," is dat één ding. Maar als je hem aankijkt en zegt: "Je was alles voor mij en ik verpestte het omdat ik niet voor mezelf kon opkomen," dan is dat heel anders. ... ”


“Ik lachte, en dat deed pijn, omdat ik op dat moment al wist dat ik het heel anders zou doen als ik mijn leven maar dertig seconden terug kon draaien. Maar je kunt je leven niet terugdraaien. Dingen die gebeurd zijn, kun je niet ongedaan maken.”


“In de oorlog had ik daar wankel op de hoge hakken gelopen, met een jurk aan en een hoofddoek om. Om mijn broer te bewijzen dat ook ik geschikt was om illegaal werk te doen. Maar voor de garage kwam ik een jongen tegen die ik in jaren niet gezien had en die zei: 'Dag Jan!' Ik ging terug, trok de kleren van mijn zuster uit en bemoeide me verder niet meer met de oorlog.”


“...en ik hou van jou geloof ik en ik weet het trouwens zeker maar wat ben ik blij dat jij al een beminde hebt want alles is hier al en ik hou zo van verlangen en ik hou zo van alleen zijn en ik hou zo van het denken dat het zou kunnen als het kon”