“Verliezen we soms met de komst van de woorden het vertrouwen? Het vertrouwen dat het volk in het bos wel bezit?”
“Met de komst van de woorden verliezen we het oorspronkelijke gevoel, dacht ze. Het geeft een veilig gevoel, dat is waar. Alleen de dingen die een naam hebben gekregen, worden werkelijk voor ons. Werkelijk en begrensd.”
“Een boek bestaat alleen uit woorden. En dat is het prachtige ervan. Het is misschien niet gemaakt van de stof waarvan dromen gemaakt zijn, maar wel van iets dat er vlak naast gelegen heeft.”
“Wat weten Amerikanen eigenlijk van moraal? Ze willen niet dat hun president een penis heeft, maar het doet hen niets als hun president stiekem hulp voor Nicaraguaanse rebellen organiseert nadat het Congres dat heeft verboden; ze willen niet dat hun president zijn vrouw bedriegt, maar het kan hen niets schelen als hun president het Congres bedondert - als hij liegt tegen het volk en de grondwet van het volk schendt.”
“Om negen uur, toen het goed licht was geworden, werd hij wakker. 'De tweede dag van Christus is aangebroken,' dacht hij. 'Het is vrijwel zeker,' zei hij hardop, toen hij de hemel boven de huizen bekeek, 'dat het helder, droog weer wordt. Laat ik niet te lang blijven liggen.' ...'Het lijkt wel.' zei hij zacht, de radio inschakelend en aan het raam tredend 'of de zon doorkomt.' U hoort thans de cantate voor de tweede kerstdag van Johan Sebastiaan Bach,' zei de omroeper. Frits stelde het toestel zuiver af, holde naar zijn slaapkamer, kwam met zijn shagdoos terug en rolde, op de divan gezeten, zo snel een sigaret, dat hij deze kon aansteken op het ogenblik, dat het onregelmatige geraas van het stemmen van de muziekinstrumenten had opgehouden. ' Nu ben ik gelukkig, ' zei hij hardop en grinnikte.”
“...het was van dat weer dat je niet weet of het al avond wordt of dat de dag nog moet beginnen...”