“Hoewel we de illusie hebben dat we beelden met hoge resolutie ontvangen van onze ogen, stuurt de oogzenuw slechts contouren en aanwijzingen over interessante punten in ons blikveld naar het brein. We 'hallucineren' eigenlijk de wereld vanuit ons corticale geheugen.”
“O, het is met de verte als met de toekomst! Een wijd, schemerachtig vergezicht ligt voor ons, onze ziel en onze ogen drinken het in, en wij haken ernaar ons er helemaal aan over te geven, om in alle gelukzaligheid van één groot, heerlijk gevoel te zijn vervuld. Maar och, als we erop afvliegen, dan is alles zoals tevoren en staan wij in onze armoede, in onze beperktheid, en onze ziel dorst naar ontglipte lafenis.”
“Met de komst van de woorden verliezen we het oorspronkelijke gevoel, dacht ze. Het geeft een veilig gevoel, dat is waar. Alleen de dingen die een naam hebben gekregen, worden werkelijk voor ons. Werkelijk en begrensd.”
“Onszelf beschouwen als het middelpunt van het heelal, de huidige tijd als het hoogtepunt van de geschiedenis en onze geplande vergaderingen als gebeurtenissen van het grootst mogelijke gewicht, voorbijgaan aan de lessen die begraafplaatsen ons leren, slechts nu en dan een boek lezen, de druk van deadlines voelen, tegen collega's snauwen, ons door conferentieroosters heen werken met vermeldingen als:'11.00 uur tot 11.15 uur: koffiepauze', ons inhalig en zonder scrupules gedragen en ten slotte opbranden in de strijd - misschien is dit alles uiteindelijk de wijsheid die ons werk ons te bieden heeft.”
“Ik weet dat de psychologie ons modellen kan geven. Daardoor kun je leren verbanden te begrijpen en patronen te zien. En dat helpt, zeker. Maar het meeste zullen we toch nooit kunnen begrijpen. Het leven is zo paradoxaal. Wat er met ons gebeurt en hoe we daarmee omgaan, het verdriet en de dood, de blijdschap en de liefde. Geen kennis in de wereld kan jouw eenzaamheid genezen of jou bevrijden van je grootste angst”
“Ik denk dat wij onszelf verminken, omdat we ons onbruikbaar willen maken voor een verlangen, voor een ideaal, voor een verhaal. We ontzeggen ons het recht, en ontnemen ons bij voorbaat de kans, op een beloofd geluk, waarvan wij denken dat het niet voor ons is weggelegd. Door ons ongeschikt te maken, helpen wij het lot een handje en nemen het zelf op ons. We maken ons liever eigenhandig onaantrekkelijk, dan dat we dat oordeel over onze aantrekkingskracht, waarde en betekenis aan anderen overlaten. We worden liever dik, dronken, ontrouw en ongelukkig, dan dat we het angstaanjagend grotere aanpakken, een ideaal waarmaken dat we koesteren en daarvoor erkenning zoeken bij anderen.”