“De regen op de ruit als de wind schuin staatde lampen die zwaaien boven de tramrailssimpele dingen wil ik zien en horenzonder de poespas van de betekenislaag.”
“Ik vraag of ze de muziek af wil zetten. Er is al zoveel lawaai op de wereld.”
“Als de hemel donker wordt met zwarte donderwolken, de grote bomen zwaaien in de wind, de pauwen zingen, hunker ik ernaar terug te rennen naar Gir.”
“Een jonge vrouw die op Natacha lijkt staat op de brug, haar handen op de verschansing, een opgetrokken been dat met de zoom van haar jurk speelt, en ik, misschien ben ik daar ook wel.”
“De marxist zou beweren dat de staat een interimrealiteit is die zal verdwijnen als de klasseloze maatschappij is ontstaan, maar tot op dat moment blijft de staat het doel en is de mens alleen maar een middel om dat doel te bereiken. Als de zogenaamde rechten of vrijheden van de mens dat doel in de weg staan, worden ze zonder meer terzijde geschoven. De vrijheid van meningsuiting, het stemrecht, de vrijheid om boeken of kranten naar eigen keuze te lezen, worden beperkt. In het communisme is de mens weinig meer dan een onpersoonlijk gemaakt radertje in de machinerie van de staat. Deze inperking van de individiuele vrijheid vond ik verwerpelijk. Ik ben er nu, net als toen, van overtuigd dat de mens een doel is, omdat hij een kind van God is. De mens is niet gemaakt voor de staat; de staat is gemaakt voor de mens. Als je de mens berooft van zijn vrijheid, degenereer je hem tot een ding, terwijl je hem juist moet verheffen tot persoon. De mens mag noit behandeld worden als een middel in dienst van de staat, maar moet altijd als doel op zich worden beschouwd”
“Het keuze-geobsedeerde Westen geeft de mens die anders wil eten meer ruimte dan elke andere cultuur ooit heeft gedaan, maar de ironie wil dat de volstrekt niet kieskeurige omnivoor - 'ik vind alles best, ik eet alles' - maatschappelijk bewuster kan lijken dan de mens die op een manier probeert te eten die goed is voor de samenleving. De keuze voor een bepaald soort voedsel wordt door allerlei factoren bepaald, maar de rede (en zelfs het bewustzijn) staat doorgaans niet hoog op die lijst.”